Jan hield van kinderen, al op onze eerste date vertelden we elkaar dat we niet wisten hoe de toekomst er uit zou zien, maar dat daar zeker wél kinderen bij hoorden.
De kinderen van mijn broer en zus hebben dus veelvuldig van zijn grapjes en plagerijen mogen genieten toen er bij ons nog geen kinderen waren. Hij leerde ze een goocheltruckje: hij stak zijn hand in de lucht en stak één vinger op. Dan deed hij een theedoek over zijn hand en met veel gebaren en gedoe trok hij de theedoek weg: tadaaa…. Twéé vingers. De kindjes stonden met open mondjes te kijken.
Toen ze wat groter werden had Jan ook wel eens een kunstje wat van mij niet mocht, hij liet de jongens heel hard op zijn hand slaan die hij op tafel had gelegd en zei dan steeds:”harder, harder”. En als ze dan héél hard wilden slaan trok hij gauw zijn hand weg. Zo was hij dan ook wel weer.
Die drie knullen droegen op zaterdag 2 februari zijn kist.
Toen kwamen onze meiden, en wat was hij trots en gelukkig met ze. Onze grootste verdriet is dat hij nooit zijn kleinkinderen zal zien. Wat zou hij daar van genoten hebben.
Inmiddels is er een nieuwe generatie in de familie, mijn broer is opa en mijn zus oma. 3 prachtige meisjes. De jongste is bijna 6 maanden, Jan is nog mee geweest op kraamvisite toen zij geboren was, en toen hij eenmaal te ziek was om zijn bed uit te komen heeft die kleine nog een keer in zijn armen gelegen. Helaas zijn de foto’s daarvan een beetje mislukt.
Ome Jan met de baard, zo noemden die kleine meisjes hem.
Ook mijn werk op het kinderdagverblijf vond Jan reuze interessant, en hij vertelde me regelmatig dat hij wel eens een dagje wilde ruilen. Dat hebben we niet gedaan, want ik snap niks van het woningcorporatiewereldje, maar Jan is wel een paar jaar geleden een dag bij mij op het werk geweest. Niet in mijn groep, dat zag ik niet zitten, maar bij twee lieve collega’s die Jan ook al kenden mocht hij wel een dagje meedraaien. Hij vond het super. En omdat er nu toch een volwassen persoon extra was konden ze met heel de groep aan de wandel; naar de Boerenbond, beestjes kijken en vogelvoer kopen. Jan kwam daar een bekende tegen die hem zag lopen met 2 vrouwen en heel veel klein grut. “Hedde gij een taakstraf?”, werd er aan hem gevraagd. Toen hij ziek werd mocht hij niet meer mee van mij, al die snotneusjes….
Tijdens de afscheidsdienst waren er ook veel kinderen aanwezig, dat zal Jan erg mooi hebben gevonden. Waar hij nu is, als hij nog ergens is, zijn ook kinderen. Veel te veel en veel te jong.
Ik vind het mooi om me voor te stellen hoe hij daar dan weer van kan genieten, ook al had hij ze veel liever terug gestuurd naar waar ze vandaan kwamen. En ik hoor hem dan al zeggen: ga maar naar dat wolkje daar, boven de Maas. Want daar komen Bassie en Adriaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten